Artikel 8.3 Regeling Arbeidsongeschiktheidsvoorziening UB
Regeling Arbeidsongeschiktheidsvoorziening UB
Regeling Arbeidsongeschiktheidsverzekering Uitgeverijbedrijf
1. Voor alle werknemers geldt de Regeling Arbeidsongeschiktheidsverzekering Uitgeverijbedrijf. Deze regeling is nader uitgewerkt in het ‘Reglement van de Stichting Arbeidsongeschiktheidsvoorziening UB (Bijlage 4 bij deze cao). De uitvoering van de regeling is opgedragen aan de Stichting Arbeidsongeschiktheidsvoorziening UB te Amsterdam.
Aanvulling bij gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid (35-80%)
2. In geval van gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid (35-80%) heeft de werknemer die recht heeft op een WGA-uitkering, na ingangsdatum van deze WGA-uitkering, recht op een aanvulling tot maximaal 70% van zijn laatstverdiende gemaximeerde jaarsalaris voor ingang arbeidsongeschiktheid, tot de AOW-gerechtigde leeftijd. Verricht deze werknemer zodanige werkzaamheden dat hij zijn resterende verdiencapaciteit voldoende (ten minste voor 50%) benut, dan heeft hij, na ingangsdatum van deze WGA-uitkering, recht op een aanvulling tot maximaal 75% van zijn laatstverdiende gemaximeerde jaarsalaris voor ingang arbeidsongeschiktheid, tot de AOW-gerechtigde leeftijd.
Aanspraak op aanvulling; indexering
3. De aanvullingen op de WGA-uitkering zoals genoemd in artikel 8.3 lid 2 worden jaarlijks geïndexeerd op 1 januari met de van toepassing zijnde algemene wijzigingen van de WIA-uitkeringen, waarbij een maximum geldt van 3% op jaarbasis.
Aanspraak op de aanvulling(en) bestaat zolang de deelnemer recht heeft op een wettelijke WGA-uitkering.
Jaarlijkse bijdrage
4. De bijdrage wordt jaarlijks door cao-partijen, na advies van het bestuur van de Stichting Arbeidsongeschiktheidsvoorziening UB, vastgesteld. De bijdrage komt voor rekening van de werknemer en bedraagt met ingang van 1 januari 2022 0,352% van het gemaximeerde loon (volgens het uniform loonbegrip, zoals dit ook voor de loonbelasting wordt opgegeven).
Dispensatie
5.a. Verzoeken om afwijkingen en/of vrijstellingen van de toepassing van de Regeling Arbeidsongeschiktheidsverzekering Uitgeverijbedrijf, die is uitgewerkt in het ‘Reglement van de Stichting Arbeidsongeschiktheidsvoorziening UB’ (Bijlage 4 bij deze cao), worden behandeld door de Commissie Toezicht en Naleving / Raad van Uitvoering die dispensatie kan verlenen.
b. De Commissie Toezicht en Naleving / Raad van Uitvoering beoordeelt eerst of er sprake is van zodanige bijzondere omstandigheden dat niet van werkgever en/of werknemer(s) kan worden gevergd dat de Regeling wordt toegepast. Zodra dit wordt vastgesteld beoordeelt de Commissie of de werkgever een voorziening heeft getroffen die qua dekking en premie minimaal gelijkwaardig is aan de Regeling Arbeidsongeschiktheidsvoorziening Uitgeverijbedrijf. De Commissie kan zich bij haar beoordeling laten bijstaan door het bestuur van de Stichting Arbeidsongeschiktheidsvoorziening UB.
c. Een verleende dispensatie eindigt op de contractvervaldatum van de bestaande WGA-aanvullingsverzekering. Voor de contractperiode van de WGA-aanvullingsverzekering na het eindigen van de dispensatie dient opnieuw dispensatie te worden aangevraagd, tenzij aansluiting plaatsvindt bij de mantelovereenkomst van de Regeling Arbeidsongeschiktheidsvoorziening Uitgeverijbedrijf. Dispensatie dient te worden aangevraagd uiterlijk drie maanden voor de contractvervaldatum resp. de ingangs-/verlengingsdatum van de polis van de bestaande WGA-aanvullingsverzekering.
d. De dispensatieprocedure voor de Commissie Toezicht en Naleving / Raad van Uitvoering is beschreven in artikel 18.2 lid 2 sub d. en volgende van de cao.
NB. Zie over deze verplichte (!) AOV-verzekering ook de toelichting bij de regeling AOV-UB